Chocoladeletters, kruidnoten, pepernoten en speculaas, ze lijken elk jaar wel eerder in de winkels te liggen. De periode van cadeautjes, enthousiaste kinderen, gedichten schrijven en heel veel lekkernijen. Als de goede man in het land is, worden we ook continue verleid tot allerlei lekkers. En al die smaken die er elk jaar bij komen! Een kruidnoot smaakt naar meer, en voor je het weet is de zak leeg. Hoe kan dat toch, en hoe ga je met al deze verleidingen om?
Wist je dat we in Nederland elk jaar 3,5 miljard kruidnoten eten. 3,5 miljard.. Dat zijn heel erg veel handjes kruidnoten! Hoeveel handjes daarvan zouden nou echt zijn omdat we ervan genieten? Of is merendeel hiervan omdat één handje kruidnoten eigenlijk altijd wel leidt tot meer en de zak leeg is voordat dat je het door hebt?
31 tot 45 procent van een kruidnoot bestaat uit suiker!
Dat de zak zo leeg is heeft vooral te maken met het hoge suikergehalte van kruidnoten. 31 tot 45 procent van een kruidnoot bestaat uit suiker. En dan ook nog eens glucose-fructosesiroop. Dit is een vorm van suiker die door een enzymatisch proces uit mais wordt gewonnen. Vooral de fructose in de glucose-fructosesiroop is voor je lichaam echt schadelijk. Deze synthetische suiker is veel goedkoper dan natuurlijke suiker, en daarom erg populair om te verwerken in producten.
De suikers in de kruidnoten activeren de zoet-smaakreceptoren op de tong. En vanuit daar wordt er een signaal gestuurd naar je hersenen. Het signaal gaat naar het voorste deel van je hersenen, de cerebrale cortex. Dit is het deel dat de verschillende smaken in ons eten herkent. Het ‘zoete’ signaal activeert vanuit dit deel het beloningssysteem van de hersenen. De weg die het signaal aflegt is heel ingewikkeld, maar eigenlijk komt het hier op neer: Wanneer jij een hapje van iets zoets in je mond stopt, krijg je een warm en troostend gevoel. Je onderbewustzijn beantwoordt de vraag of je nog een hapje zult nemen volmondig met “JA!”.
Dit zorgt er voor dat je wilt blijven eten, maar op een gegeven moment zit je toch vol? Helaas werkt je verzadigingsmechanisme niet meer zo goed bij grote hoeveelheden suikers. Dit heeft te maken met leptine. Leptine geeft een signaal aan je hersenen op het moment dat je verzadigt bent. Je krijgt voeding binnen, leptine bepaalt op een gegeven moment dat er voldoende energie is om de komende tijd te overleven en stuurt een seintje naar je hersenen dat er niets meer nodig is. Gevolg: je zit vol en stopt met eten. Maar, als je suiker eet, heeft je lichaam veel insuline nodig om deze suikers te verwerken. En teveel insuline verstoort het signaal van leptine naar je hersenen, met als gevolg dat je niet op tijd een seintje krijgt dat je verzadigt bent en de zak zo leeg is!
Slechts 1 maand per jaar
Het is duidelijk waarom we kruidnoten blijven eten, als we er eenmaal een handje op hebben. Maar waarom is het zo verleidelijk om ze in je winkelmandje te leggen, en laten we ze niet gewoon liggen? Dit heeft te maken met het feit dat ze maar beperkt beschikbaar zijn. Als een product beperkt beschikbaar is, worden we gevoelig voor aankoop. Het is tenslotte straks niet meer te verkrijgen, dus nu kan je er nog even van genieten. Vergelijkbaar met dat stukje taart op een verjaardag, of dat ene buffet waar je op kosten van de baas van mag genieten. De verleiding om op dit soort situaties je doelen even aan de kant te zetten zijn groter dan bij de alledaagse situaties. Je geeft jezelf onbewust goedkeuring om lekker kruidnoten te eten, of dat lekker stukje taart te nemen. Herkenbaar?
Is het dan beter om de kruidnoten en chocoladeletters volledig links te laten liggen? Voor je gezondheid, ja. Al die suikers dragen niet bij aan je gezondheid en je gevoel van fitheid. Maar de stress van het niet mogen eten kan ook heel ongezond voor je zijn. Maak afspraken met jezelf, en hou je hier ook aan. Misschien kan je afspreken dat je 1 chocoladeletter eet van alle letters die je krijgt en de rest weggeeft. Of dat je alleen op 5 december een zakje kruidnoten koopt.
Onthou een chocoladeletter eet je voor jezelf, niet omdat je ‘m nou eenmaal van de Sint hebt gekregen. Van de Sint hoef je ‘m niet op te eten!




